Strings

Je kunt een string in JavaScript maken door gebruik te maken van dubbele aanhalingstekens (") of enkele aanhalingstekens (').

Hier is een voorbeeld:

"This is a string";
'This is another string!';

Er is geen verschil tussen het gebruik van dubbele aanhalingstekens of enkele aanhalingstekens. Ze zijn exact hetzelfde. Geen van deze strings ondersteunt interpolatie (wat betekent het vervangen van een variabele door zijn waarde binnen een string).

String Property

De .length eigenschap wordt gebruikt om de lengte van de string te retourneren.

Hier is een voorbeeld van het verkrijgen van de lengte van "Nice!":

"Nice!".length; 
// 5

Stel dat je een variabele hebt genaamd text, hier is hoe je de lengte ervan zou krijgen:

let text = "Hello World";
text.length; // 11

Basic Strings Methods

.toLowerCase() Dit zal een nieuwe string retourneren waarin alle karakters in kleine letters staan:

"BLUE".toLowerCase(); // "blue"

.toUpperCase() Dit zal een nieuwe string retourneren waarin alle karakters in hoofdletters staan:

"red".toUpperCase(); // "RED"

Let op dat .length geen () erachter heeft omdat het een eigenschap is (een waarde die al is berekend). Terwijl .toLowerCase() een methode is die () vereist omdat het een actie is die je uitvoert.

Visualize a variable (or expression)

Bij het oplossen van bugs kun je gerust console.log() gebruiken om een variabele of expressie te visualiseren.

function sum(a, b) {
    console.log(a);
    console.log(a + b);
    return a + b;
}

// Voorbeeld gebruik
sum(1, 3);

Met de bovenstaande code zul je 1 en daarna 4 in de console zien verschijnen vanwege de console.log(a) en console.log(a + b).

• ❗️ console.log() is GEEN vervanging voor return. Je moet nog steeds return gebruiken na de console.log

---

/**
 * @param {string} name
 */
function shoutMyName(name) {
    return name.toUpperCase();
}

// Sample usage - do not modify
console.log(shoutMyName("Sam")); // "SAM"
console.log(shoutMyName("Charley")); // "CHARLEY"
console.log(shoutMyName("alex")); // "ALEX"