C.6.1 RuimtelijkeData - RuudvandenWijngaart/VestaDV GitHub Wiki

  • Beschrijving: Op deze pagina wordt de invoer van RuimtelijkeData in het Vesta MAIS-model besproken. Een selectie van de subcontainers wordt uitvoerig uiteengezet om de modelleur op weg te helpen.

  • Locatie: /Invoer/RuimtelijkeData

  • Hoe werkt het?: RuimtelijkeData bestaat uit informatie van de BAG, Ruimtelijke ontwikkeling bebouwing, warmtebronnen en klimaat.

BAG

Locatie: /invoer/RuimtelijkeData/BAG

'BAG' staat voor de Basisregistratie Adressen en Gebouwen en zoals de naam al zegt is dit een database met daarin alle Adressen en Gebouwen in Nederland. Deze database wordt gevuld doordat gemeentes de gegevens over adressen en gebouwen centraal beschikbaar stellen in de BAG-database. Deze centrale BAG database wordt beheerd en landelijk ontsloten door het Kadaster. De BAG wordt gebruikt door verschillende organisaties voor verschillende doeleinden. Binnen Vesta MAIS wordt met name de ruimtelijke component van de BAG gebruikt voor de datamodel-objecten Pand (o.a. oppervlakte) en Verblijfsobject (o.a. functie).

De BAG is een omvangrijke database en niet al deze data wordt gebruikt bij het draaien van Vesta MAIS. Dit is één van de redenen dat het PBL voor Vesta MAIS gebruik maakt van de BAG-tool, een instrument ontwikkeld door ObjectVision en de VU om de relevante gegevens voor Vesta MAIS en andere ruimtelijke modellen uit de centrale BAG database te halen en te coverteren naar een bruikbaar formaat (fss). In de BAG-tool wordt tevens informatie toegevoegd aangaande het woningtype op basis van de pandgeometrie en het aantal verdiepingen van het pand. Voor meer informatie over de BAG zelf kunt u de volgende websites raadplegen:

Opzet bestand(en)

De BAG wordt elke werkdag ge-update door de gemeenten en om deze reden kan de inhoud van de BAG elke dag iets wijzigen. In Vesta MAIS wordt gebruik gemaakt van de BAG gegevens van één bepaalde datum. Op dit moment is dit bijvoorbeeld 1 januari 2020. Op deze datum is er met behulp van de BAG-tool een zogenaamd ‘snapshot’ aangemaakt van de BAG voor dat moment. Deze snapshot is een vastlegging van de BAG op een bepaald moment, waarbij deze snapshot voor een langere tijd gebruikt kan worden voor de berekeningen. Deze snapshot neemt niet de dagelijkse veranderingen mee, maar deze dagelijkse veranderingen hebben, over het algemeen, niet direct grote invloed op de resultaten. De snapshots worden opgeslagen op de volgende locatie: %SourceDataDir%/BAG. Waarbij ze worden aangeduid met de datum waarop deze gemaakt zijn (zie figuur hieronder) volgens het datumformat: yyyymmdd.

images/BAG_opzet bestanden.jpg Voorbeeld BAG in SourceData 33

In de datum-folder staan vervolgens de volgende folders/bestanden:

  • nummeraanduiding.fss: met adresgegevens van objecten ten behoeve van koppelingen e.d.

  • pand.fss: Met informatie over polygoon-pandgeometrieën met o.a. het bouwjaar.

  • vbo.fss: Met informatie over de verblijfsobjecten (puntbestand) met o.a. de functie en het oppervlak.

Voor panden is extra informatie nodig die niet standaard in de BAG zit. Het gaat om het woningtype en om het aantal verdiepingen van een pand. Deze zijn te koppelen in het snapshot proces in de BAG-tool.

Op dit moment wordt de BAG van 1 januari 2020 meegeleverd met het Vesta MAIS-model. U kunt in de SourceData uw versie van de BAG nagaan.

Ruimtelijke ontwikkeling bebouwing

Locatie: /invoer/RuimtelijkeData/Nieuwbouw en /invoer/RuimtelijkeData/Sloop

Zoals al beschreven in onderdeel A.2 wordt de ruimtelijke ontwikkeling voor de gebouwde omgeving binnen Vesta MAIS gebaseerd op de WLO (referentie WLO). Hierbij wordt op basis van economische en demografische uitgangspunten de regionale ontwikkeling van sloop en nieuwbouw van woningen en utiliteit opgesteld. Deze ruimtelijke ontwikkeling kan afwijken van de verwachte ontwikkeling op lokaal of regionaal niveau en deze is daarom ook niet bedoeld voor een analyse op dit niveau. Het toevoegen van een geheel nieuwe ruimtelijke ontwikkeling (op lokale schaal) is op dit moment nog een arbeidsintensief proces, omdat er goed moet worden gekeken wat de plannen precies inhouden en daarna moeten deze nog worden vertaald naar geografische bestanden die gebruikt kunnen worden binnen Vesta MAIS.

Opzet bestand(en)

De bestanden die de ruimtelijke ontwikkeling beschrijven zijn te vinden op de volgende locatie: %SourceDataDir%\RO, waar RO staat voor Ruimtelijke Ontwikkeling. Vesta MAIS leest ruimtelijke ontwikkeling in middels tif-bestanden. Het gaat om grid bestanden met een resolutie van 100 * 100 meter met 2700 kolommen en 3250 rijen. Het extent (RD-stelsel) bedraagt xmin: 10000, xmax: 280000, ymin: 300000, ymax: 625000.

Er worden 2 scenario's voor ruimtelijke ontwikkeling met het model meegeleverd:

  • 20151123_RO_WLO_hoog_concentratie. Hier staat de ruimtelijke ontwikkeling voor het scenario WLO_Hoog
  • 20151123_RO_WLO_laag_spreiding. Hier staat de ruimtelijke ontwikkeling voor het scenario WLO_Laag.

Er liggen verschillende veronderstellingen ten grondslag die bij deze ruimtelijke ontwikkeling een rol spelen, maar deze worden verder beschreven in de WLO-scenario's zelf (https://www.wlo2015.nl/). Binnen elk van deze mappen staan vervolgens mappen die de veranderingen beschrijven per zichtjaar ten opzichte het vorige gemodelleerde zichtjaar, zoals de verschillen tussen het jaar 2020 en 2030.

Binnen een scenario en binnen een zichtjaar vind men de mappen Wonen, Util en GLTB. Hier staan de ruimtelijke ontwikkeling bestanden voor respectievelijk woon, utiliteit en glastuinbouw bebouwing. Binnen een bebouwingstype wordt wederom verschillende mappen opgesteld. Voor bijvoorbeeld het bebouwingstype wonen worden twee typen bestanden onderscheiden:

  • Nieuwbouw: aantal nieuwe woningen in de betreffende periode op nieuwe woonlocaties (zowel uitleglocaties als in bestaand bebouwd gebied). Let op het aantal nieuwe woningen hoeven niet gehele getallen zijn maar kunnen ook fracties zijn. Zie folder: %SourceDataDir%\RO\20151123_RO_WLO_hoog_concentratie\Y2010_Y2020\Wonen\Nieuwbouw. Let op het gaat niet om cumulatieve woningaantallen maar om het aantal woningen in de betreffende periode. Om het aantal woningen op te vragen in Vesta MAIS zelf bekijk dan voor zichtjaar 2020 het item: /TussenResultaten/J2020/BebouwingsComponenten/NieuwbouwWoning/RuimtelijkeVraagComponent/nrAansluitingen. Let op: het item nrAansluitingen betreft wel cumulatieve aantallen voor de zichtjaren vanaf het basisjaar.

  • Resterend: factor (0 – 1) waarmee de bestaande woningen op bestaande woonlocaties in het basisjaar moet worden vermenigvuldigd om voor deze periode de afname hiervan te bepalen. Zie folder: %SourceDataDir%\RO\20151123_RO_WLO_hoog_concentratie\Y2010_Y2020\Wonen\Resterend Let op: In tegenstelling tot nieuwbouw betreft het geen absolute aantallen maar wordt in het bestand aangegeven waar gesloopt gaat worden. Het aan te roepen bestand voor huidige woningen (BAG) in Vesta MAIS bepaald uiteindelijk hoeveel woningen er daadwerkelijk gesloopt gaan worden op deze locaties. Voor het aantal gesloopte woningen (Verblijfsobjecten) zie het aantal 0-waarden in het Vesta MAIS containeritem: /TussenResultaten/J2020/BebouwingsComponenten/BestaandeWoning/RuimtelijkeVraagComponent/ResterendFactorBase

Nota bene: De Utiliteit en Glastuinbouw is op een gelijksoortige wijze geïmplementeerd.

Warmtebronnen

Locatie: /invoer/RuimtelijkeData/WarmteBronnen en /invoer/RuimtelijkeData/WarmteBronnen

Het Vesta MAIS-model leest ruimtelijke data in voor verschillende warmtebronnen. Dit betreffen datapunten als de locatie van de warmtebronnen en het bijbehorende vermogen van de warmtebron op een bepaalde locatie. Ruimtelijke data wordt ingelezen voor verschillende typen warmtebronnen:

  • MT-restwarmte
  • LT-restwarmte
  • Geothermie
  • WKO
  • TEO

Elke type warmtebron heeft een eigen container met daarin de ruimtelijke data voor de warmtebron. De ruimtelijkedata voor MT- en LT-restwarmte is verkregen uit de RVO warmteatlas. Deze data is samengesteld met behulp van het ECW, welke een uitvraag heeft gedaan aan Nederlandse gemeentes naar potentiele (rest)warmtebronnen. De ruimtelijke data voor geothermie is verkregen uit ThermoGIS van TNO. De ruimtelijke data voor WKO is verkregen uit de Open Warmteatlas van RVO. Tot slot, de ruimtelijke data voor TEO is gebaseerd op data van Stowa, Syntraal en Deltares.

Opzet bestand(en)

De bestanden met de ruimtelijke data per type warmtebron zijn opgeslagen in de SourceData. Vanuit de SourceData wordt de ruimtelijk data van de warmtebronnen in het model geladen: %SourceDataDir%\aanbod.

Ruimtelijke data van de warmtebronnen geothermie, WKO en TEO (let op, de bestanden van TEO staan in de map WKO) zijn verwerkt als GIS bestanden. Als de gebruiker de geografische potentie van deze bronnen wilt aanpassen, dient gebruik gemaakt te worden van GIS software. Door een aanpassing te maken in de shapefile kan de gebruiker een nieuwe potentiekaart maken.

Ruimtelijke data van MT- en LT-restwarmte (puntbronnen) is verwerkt in .csv bestanden. Als de gebruiker de locatie of vermogen van een restwarmtebron wilt aanpassen, dient gebruik gemaakt te worden van dataverwerking software als Excel. In Excel kan intuitief eigenschappen van bronnen aangepast worden, of nieuwe bronnen worden toegevoegd. Let op, de locatie van puntbronnen wordt gedefinieerd met X en Y coordinaten, conform het Rijksdriehoekscoördinaten systeem.